< terug

Als ze er niet is

Mijn vrouw wil op vakantie naar een hotel in Turkije, met zwembad, aan zee en all-inclusive. Er is geen praten tegen. Ze zal, ze wil en ze moet! Ik gruwel al bij de gedachte dat ik in de zon moet liggen, niets mag doen en me, de hele dag door, vol ga eten. Een nieuwe column van Henk van Duuren.

1 mei 2016 (0 reacties)

Hardlopen

Door Henk van Duuren

Mijn vrouw wil op vakantie naar een hotel in Turkije, met zwembad, aan zee en all-inclusive. Er is geen praten tegen. Ze zal, ze wil en ze moet! Ik gruwel al bij de gedachte dat ik in de zon moet liggen, niets mag doen en me, de hele dag door, vol ga eten. Ik wil een koele omgeving, beweging, ontdekken, enkel een slaapplek en doen en laten wat op het pad komt. Ons onoverbrugbaar lijkend verschil van mening over de invulling van de vakantie lost zich in één keer op als ik voorstel: “Dan ga je toch met je zus. Ik betaal haar reis wel!” Mijn vrouw blij, haar zus nog blijer en ik? Ik wil mijn geluk wel van de daken schreeuwen: “IK HOEF NIET MEE NAAR TURKIJE!”

 

“Je redt je wel, hè!” zegt ze als ze incheckt en me een oppervlakkige kus geeft. “Ja, dat gaat wel lukken!” De sportkleding en loopschoenen heb ik klaar gelegd. Het miezert als ik de eerste keer een heuveltraining ga doen. Mijn vakantie kan nu al niet meer stuk. Na een heerlijke training gooi ik mijn kleding in de wasmand en mijn schoenen worden schoon gemaakt voor een volgend uitje. Een ritueel dat zich dagelijks herhaalt, wel met andere bestemmingen en soorten trainingen, maar er wordt getraind dat het een lieve lust is.

 

Op dag vijf grijp ik in de bak met loopbroekjes, leeg. Ik kijk nog eens goed, rommel in andere bakken, maar geen kort loopbroekje. “Ik heb er toch 6!” denk ik hardop. Ik besluit om eens in de wasmand te kijken. De lucht die me tegemoet komt als ik die open doe is walgelijk. Nog beroerder dan de stank van een varkensstal. Ik vis er zes broekjes uit. Er is niets gewassen. Ik baal! Hoe doe je dat, wassen? Ik zie mijn vrouw wel eens in de weer met emmers, ossengalzeep, Biotex, wasmiddel in een pak. Een moment later raast en dondert dan de wasmachine. Overloop of waslijn hangen vol met sportkleding en de volgende dag ligt alles keurig opgevouwen in bakjes in de kast.

 

Beteuterd kijk ik naar de berg wasgoed. “Je redt je wel, hè!” klinkt nog in mijn oren. Ik vis een broekje uit de berg, doe water in de wasbak, mik er wat handzeep in en begin te soppen. Na het uitspoelen en uitwringen trek ik het broekje aan. Een walm van zeep en zweet trekt naar boven. Ik besluit heel hard te gaan lopen, om zo het opstijgen van de lucht te vermijden. Het werkt amper en ik breek mijn training af. Op internet zoek ik op hoe hardloopkleding gewassen moet worden.

 

De lijn hangt vol met wasgoed. Rondom de wasmachine is het één natte bende. Ik dweil het op en zittend achter een bakje koffie bedenk ik hoeveel werk mijn vrouw, dag in dag uit, voor me verzet en neurie zacht een lied van de Dijk: “Als ze er niet is, weet een man pas wat hij mist!”

 

Ik zeul haar koffer naar boven. Mijn diep gebruinde vrouw kijkt in de wasmand. Met enige spottende triomf in haar stem zegt ze: “Zo, meneer kan ook wassen!” Ik kijk weg van haar veel betekenende blik en denk: ”Oei!”

 

© hardloopnieuws.nl

Reacties

    Geen reacties.
Al een account, log hier in.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *