< terug

Kiplagat als rolmodel(dl2)

Met drie wereldrecords op zak is Lornah Kiplagat de grote favoriete voor de 36e uitvoering van de New York City marathon op zes november. Vandaag deel twee in de drieluik over haar leven en haar sport.

21 januari 2014 (0 reacties)

Kiplagat het meisje van de nacht

Ga hier naar het derde laatste deel over het leven van Lornah Kiplagat


Kiplagat vervuld een belangrijk rolmodel in de Kenyaanse maatschappij

Lees hier het eerste deel

Met drie wereldrecords op zak is ze de grote favoriete voor de 36e uitvoering van de New York City marathon op zes november. Kiplagat finishte twee maal in de NYCM. In 2004 werd ze zevende in 2.28.21 en in 2003 werd ze derde in de meest vermaarde marathon ter wereld.

Op eigen kracht
Haar palmares is dit seizoen indrukwekkend te noemen. Ze won negen van de 10 wegwedstrijden waaraan ze deelnam. In Nederland werd ze Nederlandse kampioen op 10 km en won het nationale kampioenschap marathon in Rotterdam. Het grootste verlies boekte ze vreemd genoeg enkele weken geleden door niet wereldkampioene op de halve marathon te worden. Belangrijk was wel de sprintwinst op Chepkemei. Het leverde haar een eerste medaille (zilver) op in een groot toernooi. De sprintzege is ook om een andere reden belangrijk. Chepkemei zal ook haar directe tegenstandster zijn in New York. “Ik heb nog nooit van haar kunnen winnen in de sprint”, verklaarde Kiplagat. Beter gezegd Kiplagat laat het vrijwel nooit op een sprint aankomen. Ze slaat liever een gaatje en loopt het liefst alleen aan de leiding. Zo heeft ze bijna alles in haar leven op eigen kracht moeten doen.

Vrouwen
Schoenen waren onmisbaar toen ze steeds verder kwam in haar atletenbestaan. In 1996 werd ze geselecteerd om mee te doen aan een internationale wedstrijd in Zuid-Afrika. Heel anders dan in de traditionele Kenyaanse gezinnen werd ze door haar moeder gestimuleerd om te gaan lopen. “Mijn moeder zei altijd dat ik liep als de legendarische Kip Keino”. Keino was de eerste Kenyaan die goud won tijdens de OS. Keino won in 1968 de olympische 1500 mtr finale. In Kenya werd hij in liederen bezongen aldus Kiplagat. Het fenomeen vrouwenatletiek is in Kenya voor de mannelijke gemeenschap nog altijd een vreemde gewaarwording. Een vrouw dient in het huishouden te werken en thuis te zijn. Mannen in Kenya accepteren niet dat vrouwen met blote benen gaan hardlopen. Lornah ging zelfs in de beginperiode maar snachts trainen om de mensen niet te beledigen.

Kiplagat, het meisje van de nacht
Jepkemoi werd ze in haar geboorteplaats Kapboit genoemd, meisje dat alles s nachts doet. Maar de tijd dat Lornah Kiplagat de duisternis zocht om te trainen ligt ver achter haar. De volhardende loopster uit Kenia behoort op de lange afstanden tot de wereldtop. Haar status van rolmodel grijpt ze, ook nu ze Nederlandse is, aan om in Kenia de rode aarde te plaveien voor lopende vrouwen. Pas als negentienjarige begon Kiplagat haar talent te exploiteren. De basis was gelegd tijdens de zes kilometer lange looptochten tussen huis en school. Viermaal daags, want de lunch werd thuis gebruikt. ,,Ik wilde altijd sneller zijn dan anderen, gewoon voor de lol. Ik had niet het idee om er een carrière uit te halen. Met de jonge Lornah viel niet te spotten. ,,Wij hadden een grote farm. Jongens die op ons terrein kwamen, sloeg ik er met een stok af. Ook ouderen waren als de dood voor mij. ,,Toen ik serieus met lopen begon, kon dat in ons dorp niet. Ze dachten dat ik gek was geworden. Een broek was taboe, zeker zon strakke loopbroek. Ik moest voorzichtig zijn, trainde s morgens om vier uur. Het werk op de boerderij deed ik daarna. Eens werd ze na een wedstrijd door buren in lange broek gesignaleerd. Jongens kregen als vanzelf de ideale opleiding: het leger. Iedereen kende in zijn dorp wel een militair die de weg wees. Voor meisjes was er niets. In Nairobi bracht Kiplagat eens de nacht voor de nationale titelstrijd door op een toilet. ,,De enige plaats die we konden afsluiten.

Vluchten
Kiplagat vluchtte naar een nicht in Nakuru, waar ze als schoonmaakster werkte. Later vond ze onderdak in Iten, waar de Ierse broeder Colm OConnell zich het lot van meisjes aantrekt. Daar, in de serene rust van het hoogland, ontstond de droom om een opleidingskamp te stichten. ,,Hoe meer ik hardliep in Europa, hoe minder bang ik was om overdag te lopen. Nu train ik thuis zelfs in skinshort. Het is verbazingwekkend hoe de gemeenschap in tien jaar tijd is veranderd. ,,Ik bouwde als eerste een huis voor mijn ouders, als blijk van waardering. Het opende vele ogen: je kunt dus carrière maken als loopster. Die broek zien ze niet meer, ze weten dat het iets speciaals oplevert. Zelfs de verste familieleden van succesvolle Afrikanen stellen zich graag afhankelijk op. Ook met deze gewoonte heeft Kiplagat gebroken. ,,Afhankelijkheid hangt af van opvoeding. Mensen die hun handen gewoon kunnen gebruiken geef ik geen geld. Waarom zou ik? Ik moet er hard voor werken, jij moet ook hard werken. Als ik zonder reden geld geef, raken ze verwend. Liever wendt de dertigjarige haar geld en invloed aan om kansarme loopsters de weg naar zelfstandigheid te wijzen. ,,Ben je rolmodel, dan moet je je daar naar gedragen. Omdat de mensen tegen je opkijken, kun je veel bereiken. Toen ik met lopen begon waren er in Kenia weinig toploopsters. Nu is het aantal lopende jongens en meisjes vrijwel gelijk. ,,Een rolmodel is op alle gebieden belangrijk. In Kenia zijn wij het voorbeeld van succes geworden. Buiten het bieden van steun kan ook het geven van een handtekening of het maken van een praatje inspireren. Het is niet ik, ik, ik, zoals jongens vaak denken. Het is wij, wij, wij. Om andere Kenyaanse meisjes aan te moedigen te gaan lopen werd door Kiplagat en haar man Pieter Langerhorst het High Altitude Training Center in Iten geopend. Het helpt vrouwen niet alleen keuze te maken voor een atletenbestaan maar biedt hen ook cursussen aan.Om andere Kenyaanse meisjes aan te moedigen te gaan lopen werd door Kiplagat en haar man Pieter Langerhorst het High Altitude Training Center in Iten geopend. Het helpt vrouwen niet alleen keuze te maken voor een atletenbestaan maar biedt hen ook cursussen aan.

Niemand hoeft hier bedankt te zeggen
Bij het trainingscentrum voor talentvolle tieners mag iedereen aankloppen. Talent wordt snel ontdekt. ,,De eerste seconden zeggen alles. Toekomstige kampioenen oefenen tussen de uitwerpselen. Op nog geen kwartier joggen van Iten waant de liefhebber zich in een openluchtmuseum. Voor wie ouderdom, natuurlijke afbraak, nostalgie en rust waardeert is het Kamariny Stadion van een verpletterende schoonheid. Hier lijkt de tijd stil te staan, maar wordt dagelijks de basis gelegd voor loophistorie. Tussen twee houten tribunes met verzakte daken ligt de baan van sintels en zand waarop de groten der aarde hun snelheid ontwikkelen. Althans, als ze niet worden gehinderd door vee dat de oversteek maakt naar het voetbalveld. Daar liggen, naast de uitwerpselen, uitgesleten diagonalen van Keniaanse lopers. Zij kiezen voor hun tempos de maximale oversteek van bocht naar bocht. Het erepodium ligt op zijn kant, half gesloopt. De Queen Mother opende in 1952 het stadion, waarvan de baan de Britse lengte van 400 yards had. In 1968 werd de baan bijna aangepast aan de internationale norm: 404 meter. Het was het jaar dat Kipkeino tijdens de Spelen van Mexico City zijn land de eerste triomf bracht. Nederig drukt de man in zijn zwarte, zondagse pak op deze middag de hand van iedereen die het terrein van de University of Champions in Iten betreedt. Lispelend wijst hij op zijn dochter, die als talent bij Lornah Kiplagat wordt aangeprezen. Het verzoek om schoolgeld voor zijn andere dochter bewaart hij wijselijk voor het persoonlijke onderhoud. Ook de zwijgzame tiener toont zich op haar paasbest, het loopwerk verborgen houdend achter de lange rok. Dat gordijn zal enkele dagen later weggeschoven worden tijdens een testwedstrijd in de buurt. Het is een potsierlijk tafereel in de tuin van het op 2400 meter hoogte gelegen centrum, waar iedereen rondloopt in sportkledij. Het majestueuze uitzicht over de Rift-vallei en de serene rust geven het gevoel in een vakantieoord te vertoeven. Het meisje wordt niet weggestuurd. Dat overkomt weinigen die aankloppen. Ze is naar het trainingscentrum gestuurd door dorpsgenote Hilda Kibet, het nichtje van Kiplagat dat onlangs Egmond won. Zo ziet Kiplagat de bal graag rollen. Toen ze in april 1999 met de verwezenlijking van haar droom begon, stonden dagelijks vaders, ooms, broers of meisjes zelf op de stoep. Aan die grote vraag viel niet te voldoen, wel werd altijd naar een oplossing gezocht. ,,Ik stuur nooit zomaar iemand weg, zegt Kiplagat. ,,We proberen een weg naar zelfstandigheid te vinden. Lukt dat niet op loopgebied, dan helpen we bij hun scholing.Looptalent is snel ontdekt. ,,De eerste seconden zeggen alles, je merkt of iemand er echt voor wil gaan. Het gaat niet alleen om talent, ook om karakter. Vaak geven we schemas en spullen mee waarmee ze zich thuis kunnen ontwikkelen. Is er progressie, dan kunnen ze in het kamp terecht. Zo voorkom je teleurstelling als je ze meteen opneemt en later weer weg moet sturen.De selectie wordt verricht door Kiplagat en haar Nederlandse echtgenoot Pieter Langerhorst, die de coaching doet. ,,We nemen liever twee of drie goede loopsters in het kamp op dan tien van wie uiteindelijk vijf het niet halen. Dan breek je meer af dan dat je opbouwt. Is er een klaar om in Europa te lopen, dan komt er een nieuwe binnen. ,,In het begin was het een gekkenhuis, we hadden vijftien meisjes in het kamp. Nu is het rustiger. Veel Keniaansen zijn doorgebroken, hebben een huis gebouwd en atletes geadopteerd. Het is een rollende bal, het wordt steeds makkelijker. ,,Niemand hoeft hier bedankt te zeggen. Bedankt zeg je door zelf iets terug te doen. Behandel een ander zoals jij behandeld bent. Dat is voor mij voldoende, aldus Kiplagat.

Toppers in Iten amper te tellen
s Morgens om zes uur is het spitsuur in en rond Iten. Vanuit het niets duiken ze op, de atleten die over de rode wegen en paden scheuren. Iedereen wil de eerste zijn, wie om zeven uur komt aanzetten wordt niet serieus genomen. Iten, een dorp van 2500 inwoners, stelde weinig voor. Sinds Kiplagat er in 1999 haar centrum bouwde, is het als trainingsoord ontdekt. Zo<
200 tot 250 atleten verblijven er op 2400 meter hoogte. De toppers zijn amper te tellen; voor je het weet sta je handen te schudden met olympische-medaillewinnaars of wereldkampioenen. Kiplagat is trots op de wijze waarop ze Iten leven heeft ingeblazen. ,,Voor wij ons hier vestigden kwam er niemand. Nu komen er steeds meer kampen en atleten zoeken onderkomens in huizen.Of in het enige hotel dat Iten telt. De tot Nederlandse genaturaliseerde Keniaanse schakelde de lokale bevolking in bij de bouw van haar centrum met 23 kamers, die plaats bieden aan 36 atleten. Dat kostte vele hoofdbrekens, maar het eigen ontwerp heeft gestalte gekregen. Mede uit de opbrengst van het verblijf van buitenlandse atleten wordt het centrum gefinancierd. De Nederlandse selectie vindt er tweemaal per jaar onderdak. Als Kiplagats inkomsten terugvallen, zoals in het vorige olympische jaar, is er een probleem. Maar de grootste kostenpost, elektriciteit, is binnenkort geschrapt. Tijdens de laatste marathon van New York won Kiplagat een systeem voor zonne-energie. Vier koeien leveren melk, gezocht wordt nog naar land waarop eigen groente kan worden verbouwd. Voor de aankoop wordt een anoniem persoon op pad gestuurd. Want zodra de naam Kiplagat valt, schieten de prijzen omhoog.

© dehardloopkrant.nl

Reacties

    Geen reacties.
Al een account, log hier in.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Kiplagat als rolmodel(dl2)

Met drie wereldrecords op zak is Lornah Kiplagat de grote favoriete voor de 36e uitvoering van de New York City marathon op zes november. Vandaag deel twee in de drieluik over haar leven en haar sport.

3 november 2005 (0 reacties)

Kiplagat het meisje van de nacht

Ga hier naar het derde laatste deel over het leven van Lornah Kiplagat


Kiplagat vervuld een belangrijk rolmodel in de Kenyaanse maatschappij

Lees hier het eerste deel

Met drie wereldrecords op zak is ze de grote favoriete voor de 36e uitvoering van de New York City marathon op zes november. Kiplagat finishte twee maal in de NYCM. In 2004 werd ze zevende in 2.28.21 en in 2003 werd ze derde in de meest vermaarde marathon ter wereld.

Op eigen kracht
Haar palmares is dit seizoen indrukwekkend te noemen. Ze won negen van de 10 wegwedstrijden waaraan ze deelnam. In Nederland werd ze Nederlandse kampioen op 10 km en won het nationale kampioenschap marathon in Rotterdam. Het grootste verlies boekte ze vreemd genoeg enkele weken geleden door niet wereldkampioene op de halve marathon te worden. Belangrijk was wel de sprintwinst op Chepkemei. Het leverde haar een eerste medaille (zilver) op in een groot toernooi. De sprintzege is ook om een andere reden belangrijk. Chepkemei zal ook haar directe tegenstandster zijn in New York. “Ik heb nog nooit van haar kunnen winnen in de sprint”, verklaarde Kiplagat. Beter gezegd Kiplagat laat het vrijwel nooit op een sprint aankomen. Ze slaat liever een gaatje en loopt het liefst alleen aan de leiding. Zo heeft ze bijna alles in haar leven op eigen kracht moeten doen.

Vrouwen
Schoenen waren onmisbaar toen ze steeds verder kwam in haar atletenbestaan. In 1996 werd ze geselecteerd om mee te doen aan een internationale wedstrijd in Zuid-Afrika. Heel anders dan in de traditionele Kenyaanse gezinnen werd ze door haar moeder gestimuleerd om te gaan lopen. “Mijn moeder zei altijd dat ik liep als de legendarische Kip Keino”. Keino was de eerste Kenyaan die goud won tijdens de OS. Keino won in 1968 de olympische 1500 mtr finale. In Kenya werd hij in liederen bezongen aldus Kiplagat. Het fenomeen vrouwenatletiek is in Kenya voor de mannelijke gemeenschap nog altijd een vreemde gewaarwording. Een vrouw dient in het huishouden te werken en thuis te zijn. Mannen in Kenya accepteren niet dat vrouwen met blote benen gaan hardlopen. Lornah ging zelfs in de beginperiode maar snachts trainen om de mensen niet te beledigen.

Kiplagat, het meisje van de nacht
Jepkemoi werd ze in haar geboorteplaats Kapboit genoemd, meisje dat alles s nachts doet. Maar de tijd dat Lornah Kiplagat de duisternis zocht om te trainen ligt ver achter haar. De volhardende loopster uit Kenia behoort op de lange afstanden tot de wereldtop. Haar status van rolmodel grijpt ze, ook nu ze Nederlandse is, aan om in Kenia de rode aarde te plaveien voor lopende vrouwen. Pas als negentienjarige begon Kiplagat haar talent te exploiteren. De basis was gelegd tijdens de zes kilometer lange looptochten tussen huis en school. Viermaal daags, want de lunch werd thuis gebruikt. ,,Ik wilde altijd sneller zijn dan anderen, gewoon voor de lol. Ik had niet het idee om er een carrière uit te halen. Met de jonge Lornah viel niet te spotten. ,,Wij hadden een grote farm. Jongens die op ons terrein kwamen, sloeg ik er met een stok af. Ook ouderen waren als de dood voor mij. ,,Toen ik serieus met lopen begon, kon dat in ons dorp niet. Ze dachten dat ik gek was geworden. Een broek was taboe, zeker zon strakke loopbroek. Ik moest voorzichtig zijn, trainde s morgens om vier uur. Het werk op de boerderij deed ik daarna. Eens werd ze na een wedstrijd door buren in lange broek gesignaleerd. Jongens kregen als vanzelf de ideale opleiding: het leger. Iedereen kende in zijn dorp wel een militair die de weg wees. Voor meisjes was er niets. In Nairobi bracht Kiplagat eens de nacht voor de nationale titelstrijd door op een toilet. ,,De enige plaats die we konden afsluiten.

Vluchten
Kiplagat vluchtte naar een nicht in Nakuru, waar ze als schoonmaakster werkte. Later vond ze onderdak in Iten, waar de Ierse broeder Colm OConnell zich het lot van meisjes aantrekt. Daar, in de serene rust van het hoogland, ontstond de droom om een opleidingskamp te stichten. ,,Hoe meer ik hardliep in Europa, hoe minder bang ik was om overdag te lopen. Nu train ik thuis zelfs in skinshort. Het is verbazingwekkend hoe de gemeenschap in tien jaar tijd is veranderd. ,,Ik bouwde als eerste een huis voor mijn ouders, als blijk van waardering. Het opende vele ogen: je kunt dus carrière maken als loopster. Die broek zien ze niet meer, ze weten dat het iets speciaals oplevert. Zelfs de verste familieleden van succesvolle Afrikanen stellen zich graag afhankelijk op. Ook met deze gewoonte heeft Kiplagat gebroken. ,,Afhankelijkheid hangt af van opvoeding. Mensen die hun handen gewoon kunnen gebruiken geef ik geen geld. Waarom zou ik? Ik moet er hard voor werken, jij moet ook hard werken. Als ik zonder reden geld geef, raken ze verwend. Liever wendt de dertigjarige haar geld en invloed aan om kansarme loopsters de weg naar zelfstandigheid te wijzen. ,,Ben je rolmodel, dan moet je je daar naar gedragen. Omdat de mensen tegen je opkijken, kun je veel bereiken. Toen ik met lopen begon waren er in Kenia weinig toploopsters. Nu is het aantal lopende jongens en meisjes vrijwel gelijk. ,,Een rolmodel is op alle gebieden belangrijk. In Kenia zijn wij het voorbeeld van succes geworden. Buiten het bieden van steun kan ook het geven van een handtekening of het maken van een praatje inspireren. Het is niet ik, ik, ik, zoals jongens vaak denken. Het is wij, wij, wij. Om andere Kenyaanse meisjes aan te moedigen te gaan lopen werd door Kiplagat en haar man Pieter Langerhorst het High Altitude Training Center in Iten geopend. Het helpt vrouwen niet alleen keuze te maken voor een atletenbestaan maar biedt hen ook cursussen aan.Om andere Kenyaanse meisjes aan te moedigen te gaan lopen werd door Kiplagat en haar man Pieter Langerhorst het High Altitude Training Center in Iten geopend. Het helpt vrouwen niet alleen keuze te maken voor een atletenbestaan maar biedt hen ook cursussen aan.

Niemand hoeft hier bedankt te zeggen
Bij het trainingscentrum voor talentvolle tieners mag iedereen aankloppen. Talent wordt snel ontdekt. ,,De eerste seconden zeggen alles. Toekomstige kampioenen oefenen tussen de uitwerpselen. Op nog geen kwartier joggen van Iten waant de liefhebber zich in een openluchtmuseum. Voor wie ouderdom, natuurlijke afbraak, nostalgie en rust waardeert is het Kamariny Stadion van een verpletterende schoonheid. Hier lijkt de tijd stil te staan, maar wordt dagelijks de basis gelegd voor loophistorie. Tussen twee houten tribunes met verzakte daken ligt de baan van sintels en zand waarop de groten der aarde hun snelheid ontwikkelen. Althans, als ze niet worden gehinderd door vee dat de oversteek maakt naar het voetbalveld. Daar liggen, naast de uitwerpselen, uitgesleten diagonalen van Keniaanse lopers. Zij kiezen voor hun tempos de maximale oversteek van bocht naar bocht. Het erepodium ligt op zijn kant, half gesloopt. De Queen Mother opende in 1952 het stadion, waarvan de baan de Britse lengte van 400 yards had. In 1968 werd de baan bijna aangepast aan de internationale norm: 404 meter. Het was het jaar dat Kipkeino tijdens de Spelen van Mexico City zijn land de eerste triomf bracht. Nederig drukt de man in zijn zwarte, zondagse pak op deze middag de hand van iedereen die het terrein van de University of Champions in Iten betreedt. Lispelend wijst hij op zijn dochter, die als talent bij Lornah Kiplagat wordt aangeprezen. Het verzoek om schoolgeld voor zijn andere dochter bewaart hij wijselijk voor het persoonlijke onderhoud. Ook de zwijgzame tiener toont zich op haar paasbest, het loopwerk verborgen houdend achter de lange rok. Dat gordijn zal enkele dagen later weggeschoven worden tijdens een testwedstrijd in de buurt. Het is een potsierlijk tafereel in de tuin van het op 2400 meter hoogte gelegen centrum, waar iedereen rondloopt in sportkledij. Het majestueuze uitzicht over de Rift-vallei en de serene rust geven het gevoel in een vakantieoord te vertoeven. Het meisje wordt niet weggestuurd. Dat overkomt weinigen die aankloppen. Ze is naar het trainingscentrum gestuurd door dorpsgenote Hilda Kibet, het nichtje van Kiplagat dat onlangs Egmond won. Zo ziet Kiplagat de bal graag rollen. Toen ze in april 1999 met de verwezenlijking van haar droom begon, stonden dagelijks vaders, ooms, broers of meisjes zelf op de stoep. Aan die grote vraag viel niet te voldoen, wel werd altijd naar een oplossing gezocht. ,,Ik stuur nooit zomaar iemand weg, zegt Kiplagat. ,,We proberen een weg naar zelfstandigheid te vinden. Lukt dat niet op loopgebied, dan helpen we bij hun scholing.Looptalent is snel ontdekt. ,,De eerste seconden zeggen alles, je merkt of iemand er echt voor wil gaan. Het gaat niet alleen om talent, ook om karakter. Vaak geven we schemas en spullen mee waarmee ze zich thuis kunnen ontwikkelen. Is er progressie, dan kunnen ze in het kamp terecht. Zo voorkom je teleurstelling als je ze meteen opneemt en later weer weg moet sturen.De selectie wordt verricht door Kiplagat en haar Nederlandse echtgenoot Pieter Langerhorst, die de coaching doet. ,,We nemen liever twee of drie goede loopsters in het kamp op dan tien van wie uiteindelijk vijf het niet halen. Dan breek je meer af dan dat je opbouwt. Is er een klaar om in Europa te lopen, dan komt er een nieuwe binnen. ,,In het begin was het een gekkenhuis, we hadden vijftien meisjes in het kamp. Nu is het rustiger. Veel Keniaansen zijn doorgebroken, hebben een huis gebouwd en atletes geadopteerd. Het is een rollende bal, het wordt steeds makkelijker. ,,Niemand hoeft hier bedankt te zeggen. Bedankt zeg je door zelf iets terug te doen. Behandel een ander zoals jij behandeld bent. Dat is voor mij voldoende, aldus Kiplagat.

Toppers in Iten amper te tellen
s Morgens om zes uur is het spitsuur in en rond Iten. Vanuit het niets duiken ze op, de atleten die over de rode wegen en paden scheuren. Iedereen wil de eerste zijn, wie om zeven uur komt aanzetten wordt niet serieus genomen. Iten, een dorp van 2500 inwoners, stelde weinig voor. Sinds Kiplagat er in 1999 haar centrum bouwde, is het als trainingsoord ontdekt. Zo<
200 tot 250 atleten verblijven er op 2400 meter hoogte. De toppers zijn amper te tellen; voor je het weet sta je handen te schudden met olympische-medaillewinnaars of wereldkampioenen. Kiplagat is trots op de wijze waarop ze Iten leven heeft ingeblazen. ,,Voor wij ons hier vestigden kwam er niemand. Nu komen er steeds meer kampen en atleten zoeken onderkomens in huizen.Of in het enige hotel dat Iten telt. De tot Nederlandse genaturaliseerde Keniaanse schakelde de lokale bevolking in bij de bouw van haar centrum met 23 kamers, die plaats bieden aan 36 atleten. Dat kostte vele hoofdbrekens, maar het eigen ontwerp heeft gestalte gekregen. Mede uit de opbrengst van het verblijf van buitenlandse atleten wordt het centrum gefinancierd. De Nederlandse selectie vindt er tweemaal per jaar onderdak. Als Kiplagats inkomsten terugvallen, zoals in het vorige olympische jaar, is er een probleem. Maar de grootste kostenpost, elektriciteit, is binnenkort geschrapt. Tijdens de laatste marathon van New York won Kiplagat een systeem voor zonne-energie. Vier koeien leveren melk, gezocht wordt nog naar land waarop eigen groente kan worden verbouwd. Voor de aankoop wordt een anoniem persoon op pad gestuurd. Want zodra de naam Kiplagat valt, schieten de prijzen omhoog.

© dehardloopkrant.nl

Reacties

    Geen reacties.
Al een account, log hier in.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *